Gideon was eigenlijk maar een heel gewoon mannetje. Beetje bang uitgevallen en zoon van de medicijnman die blijkbaar vrij goed boerde in het dorp Ofra. De mensen in Israel leefden onder de plaag van de Midianieten. Nakomelingen van Ismael. Dat asociale volk roofde hun hele oogst weg. Net sprinkhanen. De Israelieten verstopten zich in allerlei holen in de bergen. En wat doe je als je in het donker in zo’n hol bang zit te wezen? Bidden. God luisterde naar hun gebed en kwam hun vertellen dat ze zich deze bende zelf op hun hals hadden gehaald door naar de medicijnman en de totempaal te gaan in plaats van naar God.

Vervolgens komt de Engel van de Heer – Jezus dus – bij Gideon op bezoek terwijl Gideon net stiekem wat tarwe zit uit te kloppen in een wijnpers. Hé dappere held, de Heer is met je! Gideon kijkt eens om zich heen. Huh, hebt u het tegen mij? Ik dapper? Dacht het niet. En de Heer met ons? Kijk even om je heen, dan kun je zien dat het tegendeel waar is. Gideon krijgt echter in het gesprek langzamerhand door dat hij God op bezoek heeft. Vooral nadat Jezus tegen hem zegt ‘Ga maar met je bange persoontje en verlos Israel. Ik stuur je. Dat is genoeg.’ Maar hoe krijg ik dat voor elkaar dan? Je kunt merken dat het voor Gideon wat ongewoon was om met God om te gaan. Hoe werkt het dan? Nou, zegt Jezus, Ik ben met je. En daarom zul je Midian verslaan als was het één man. Valt te overzien hé? Nou  ja, zal Gideon gedacht hebben, wie deze man ook is, als hij zegt dat ik tegen één man moet vechten… Die moet ik met een flinke totempaal om kunnen meppen. Maar Gideon wil toch wat zekerheid en die krijgt hij. Als het vlees en de broden die hij opgehaald heeft door een bliksem in vlammen opgaan heeft Gideon pas echt door dat hij God op bezoek heeft. De angst slaat hem om het hart. Want God zien betekende sterven. Maar Jezus stelt hem gerust. Kalm aan Gideon, je zult niet sterven. Vrede! Zodra Jezus vertrokken is bouwt Gideon een altaar en noemt dat ‘De Heer is vrede’

Gideon gaat meteen aan het werk met de opdracht die hij van Jezus gekregen heeft. En dat was nogal wat. Hij moest de totempaal, die zijn vader voor afgod Baal had neergezet, omhalen en het hout van die totempaal gebruiken als aanmaakblokje voor een altaar voor God. En op dat altaar moest hij één van die kostbare stieren van zijn vader offeren. Gideon wist dat zijn vader not amused zou zijn en doet de klus ‘s nachts. ‘s morgens komen de Oframensen er achter dat de totempaal kwijt is. Eerst denken ze natuurlijk aan een actie van de Midianieten, maar als ze zien dat er een altaar gebouwd is zoals ze dat voor God ooit maakten wordt hen duidelijk dat er toch iemand van hun eigen volk achter zit. De dorpelingen komen er achter dat Gideon het gaan heeft. En omdat het de totempaal van de pa van Gideon is halen ze hem erbij. Laten we Gideon doden omdat hij Baal heeft beledigd. Maar de pa van Gideon weet al heel lang dat zijn toewijding voor Baal geen fris zaakje is en dat Gideon gewoon gelijk heeft dat het zaakje moet worden opgerold. Hij zegt: laat Baal maar voor zichzelf zorgen. Als Baal Gideon wil doden, laat hem dat dan maar doen. Blijkbaar is iedereen tevreden met het antwoord. Ze laten Gideon met rust.

Maar God niet. De Heilige Geest neemt bezit van Gideon. En als de Heilige Geest bezit van iemand neemt dan kun je vuurwerk verwachten. Hij roept het volk Israël samen. En ze komen uit hun schuilplaatsen! Een bovennatuurlijk tafereel voor een volk dat bang in de bergen verstopt zit. Blijkbaar ervoeren ze dat er iets ging gebeuren. Gideon spreid nog twee keer een vliesdekentje uit om zeker te weten dat God hem bedoelde toen Hij hem aanspraak bij de wijnpers en niet zijn buurman. Volstrekt duidelijk. Vervolgens krijgt hij van God de opdracht om 99% van het leger weg te sturen. De eerste test of Gideon op God vertrouwt. Met de resterende 1% gaat hij op pad. Ze krijgen overigens al het eten en al de horens van de 99% mee, dus bepakt en bezakt komen ze bij de plek waar de Midianieten liggen. Dan volgt de tweede test. Gideon, ben je nog bang? Loop dan even naar de eerste tent toe en luister. Laten ze het bij die eerste tent nou net toevallig over een droom hebben dat Midian opgerold zou worden door Gideon. Maar toeval bestaat niet. Gideon is helemaal perplex en doet het enige juiste. Hij buigt zich in aanbidding. Dus mocht je je afvragen wat aanbidding is dan heb je hier het antwoord: vervuld van de Geest in diep ontzag God prijzen.

De 300 mannen verspreiden zich rond het leger van Midian. Nou ja, verspreiden. Ik denk dat er om de paar honderd meter een mannetje zal hebben gestaan. Zo groot was dat leger van Midian. Vervolgens kregen ze het vierstappenplan van Jericho mee: 1. in stilte verspreiden, 2. juichen, 3. God het werk laten doen, 4. buit verzamelen. En net als na Jericho komt er bonje. De mensen uit Efraim zijn pissed off dat ze niet mee mochten vechten. Hoe herkenbaar. Wie wil er niet bij een winning team horen? Paar weken daarvoor hoorde je ze nog niet toen Gideon in het berghol zat te rabben. Maar nu er medailles worden uitgereikt willen ze in eer delen. Daarna gebeurt er nog meer onhandigs. Inwoners van Sukkot en Penuel willen het leger van Gideon niet helpen aan brood. Daar worden ze flink voor gestraft. Maar goed, uiteindelijk wordt Midian verslagen, wordt er een flinke buit verzameld en heeft het land 40 jaar rust.

Niet dat ze die rust goed gebruiken. En dat valt me dan wel wat tegen van Gideon. Hij maakt van het veroverde goud een Efod. Dat was een kledingstuk dat door de hogepriester gedragen werd. Was het nou goed dat Gideon die Efod maakte? Lastige vraag. De Efod was oorspronkelijk dus bedoeld als kleed waarin de hogepriester God kon raadplegen. Door het kleed in Ofra neer te leggen leek Gideon er een raadpleeginstrument van te maken, los van de hogepriester. Dat was natuurlijk niet de bedoeling. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de Israëlieten er mee aan de haal gaan en het als afgod gaan aanbidden. Doet denken aan het gouden kalf tijdens de woestijnreis. Maar misschien is het simpelweg zo dat de Israelieten God niet echt (meer) kenden, maar wel wisten hoe ze een gouden dingetje moesten aanbidden. Gideon had ze moeten helpen om het spoor van God te houden maar Gideon had het veeeeeel te druk met… zijn vele vrouwen en zijn bijvrouw. Noem mij één man die veel vrouwen heeft en er niet door beheerst wordt… Wat volgt is volstrekte chaos in zijn gezin.

Lessons learned: 1. Vervuld worden van de Geest is één ding, maar vervuld blijven betekent dat je je dagelijks op God moet blijven afstemmen. Anders zit je er zomaar naast. 2. Iedereen kan met Gods Geest een dappere held worden. Ook al ben je een bang mannetje en zit je diep in je eigen grot. Maar je moet wel gaan. 3. Soms moet je tegen de gebruiken van je vader in gaan. En kan het zijn dat je verrast wordt door zijn reactie. 4. Neem nooit meer dan één vrouw. 5. Weg met de rotzooi uit je huis! Totempalen branden prima. 6. Vergeet niet God te danken en te aanbidden. 7…