Er was een meneer die een auto had van 10 meter lang. Maar hij kon de auto nergens goed parkeren, want steeds stond hij bij anderen voor het huis. En dus verhuisde hij naar een weiland waar hij in een klein huisje ging wonen waar hij de auto rustig kon parkeren. Op een dag kwam er een mevrouw aan die vroeg: waarom heb je eigenlijk z’n lange auto? Nou, zei de meneer, ik heb een hond en in de auto zit een schot in de lengte. Aan de voor’en achterkant is het open zodat de hond rond kan lopen. Maar waarom dan vroeg de vrouw. Nou, alle honden bijten en dus laat ik hem in de auto uit. Dat was hem altijd verteld. Maar je kunt toch ook een halsband kopen? Nou, dat vond hij wel een goed idee. Hij kocht een halsband voor 2 euro en liet voor het eerst de hond uit. De hond vond het fijn en gedroeg zich goed. Toen zei de man: dan heb ik de auto niet meer nodig. En dus verkocht hij de grote dure auto en kocht hij een prachtig huis in de stad en kon hij fijn bij de andre mensen in de stad wonen. Hij kocht een bosje bloemen en een doos bonbons voor de mevrouw en was weer heel gelukkig.

DT, 13 april 2006