Onze achtertuin is heerlijk groot en een groentetuin moet er in ieder geval in. Ach, eigenlijk kun je in elke tuin legio planten kwijt die je kunt eten of waarvan je kunt eten. Veel kruiden bloeien paars, dus als je het een beetje uitzoekt dan krijg je ook een mooi kleureffect. Hieronder een opsomming van wat wij zoal in onze tuin hebben staan. In de hoop dat ik je ermee zal inspireren om ook ‘groen te gaan‘.
A. De kas
Heerlijk om een kas te hebben. Wij hebben in onze tuin een kasje van 2×3 meter. Deurtje er in, komt nog een waterton naast. Paadje van stenen in het midden er in gemaakt met opstaande randjes van pallethout. En wat planken hier en daar. Zodat je zoveel mogelijk gebruik kunt maken van de ruimte in je kas. Ik ben geen professionele groenman en dus gaat er heel wat fout in kas en groentetuin, maar dat vind ik niet erg. In de kas heb ik een houten staketsel gemaakt van een paar takken. Daar hang ik de tomaten aan touwtjes aan. Want tomaten, dat is toch wel een must. Aubergines heb ik geprobeerd, maar die wilden bij mij niet echt op gang komen. Aan de voet van de tomaat heb ik sla. Dat gaat ook lekker hard. Niet per krop plukken, maar elke keer wat blaadjes. Dan kan de hele buurt er van mee genieten! Wat ook erg lekker is is dille. Blaadjes zijn erg lekker voor door de sla of bij vis. Zaad van dille en koriander is ook erg lekker om samen gemalen door het eten te doen.
B. De groentetuin
Ook een aantal vierkante meters. Dit jaar waren de bietjes een succes. En de bieslook gaat altijd goed. Zorg ook dat je wat rucola sla hebt staan en laat die plant ff lekker zaad zetten. Dan heb je het jaar er op allemaal jonge rucola plantjes! Voor de rest kun je met een beetje sla heel lang mee (blaadjes plukken ipv kroppen). Ui en knoflook (paar teentjes planten in oktober ofzo) is ook leuk. Spercieboontjes ook. Tuinbonen vond ik minder handig. Ergens in een hoek een paar courgettes is ook een fraai gezicht. Zorg wel dat hij de ruimte heeft, want dat worden immense planten. Peterselie is ook leuk. Ook hiervan steeds een beetje plukken, dan kun je tijden mee. En natuurlijk aardbeien!
C. De randjes en terras
Elke tuin heeft wel randjes. Bessenstruiken doen het erg goed langs de rand. En frambozen ook. Op en langs het terras kun je heerlijk veel kruiden zetten. Tijm doet het heel goed in potten. Die moet je een beetje verwaarlozen, dan zaait hij zichzelf wel weer uit. Wij hebben al jaren een tijmplantje in een pot op de tuintafel. Geven we nooit extra water. Wil je munt (voor in de thee) dan kun je vast wel van iemand een stekje krijgen, want die woekert nogal. Dus doe hem vooral in een pot. Langs het terras hebben we verder druif groeien. Druivenbladeren zijn ook leuk om sarma van te maken (koken met rijst/gehakt mengsel erin).
D. De stand alone’s
Wat een hele struik wordt is laurier. Af en toe knippen we er een tak af, drogen hem en dan kunnen de blaadjes in een potje. Voor door de soep of de hachee. Heerlijk! En als je de ruimte hebt dan neem je natuurlijk een paar fruitbomen. Appel. Pruim. Peer. Kersen. Lekker man. Rabarber doet het ook altijd goed. Beetje schaduw en nattigheid, daar houdt hij wel van. We hebben er al heel wat van gegeten. Steel in stukjes met suiker en kaneel koken. En smullen maar door de yoghurt of gewoon bij de eerdappels.