Actie – Reactie. Ik weet het moment nog goed dat meneer de Vries dat onderwerp behandelde in een scheikunde les. En nog beter weet ik dat ik hem niet geloofde. Ik kon er niet bij dat alles wat ik doe een reactie, consequentie betekent. Iets wat ik doe heeft effect op een ander. Ik kan dus kiezen om door mijn doen en laten toe te voegen of af te nemen. Als ik adem, dan eigen ik mij zuurstof toe. Die kun jij niet meer gebruiken. Dat is nog te overzien en gelukkig staan er voldoende bomen in ons dorp om ons allemaal van zuurstof te voorzien. Ingewikkelder wordt het als ik besluit een nieuwe broek te kopen. In dat ene bedrag dat ik betaal zit een vergoeding voor de overheid, de winkel, het transport, de groothandel, het transport, de importeur, het transport, de overheid, de fabrikant, het transport, de katoenboerin en haar gezin. Met het kopen van nieuwe spullen voorzie ik dus allerlei mensen van geld, waarmee zij op hun beurt investeren in noodzaak of in luxe. Daar denk ik allemaal niet aan als ik een broek koop. Ik wil gewoon een nieuwe broek. En door.
Totdat. Ik denk en hoop dat ieder mens een ‘totdat’ moment meemaakt. Zich bewust wordt van actie – reactie. Want we gaan te snel. Te snel. De grondstoffen zijn letterlijk niet meer aan te slepen. Niet overtuigd? Kijk dan even op de site van https://www.pbl.nl/ of van https://www.tno.nl/nl/over-tno/nieuws/2021/6/tekort-materialen-dreigt-voor-geplande-groene-waterstofproductie/. Het zijn maar een paar voorbeelden van gezaghebbende organisaties die zich kritisch bezinnen over ons economische leven. Te snel. Voor een gemiddeld levend mens is het kopen van al die nieuwe spullen de meest vervuilende activiteit, meer dan rundvlees eten of vliegen.
Het goede nieuws is dat juist het kopen van nieuwe spullen en het eten van rundvlees ietsje minder kan zonder dat het pijn doet. Hoe dat werkt? Daarvoor is het leuk om onderstaand plaatje van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) te bekijken. Maar niet zonder eerlijk in de spiegel te kijken. Want het duurzaamheidsverhaal doet ook zeer. Ook voor mij. Het is net Paulus: ‘ik doe niet wat ik wil’.
Oké, het is Engels. Maar toch. De Engelse taal kent een aantal ‘re-woorden’. ‘re’ bekent ‘her’, ‘opnieuw’. Het PBL heeft in het plaatje ‘use’ centraal gesteld die in het originele rapport overigens ‘gebruik’ heet. Jawel, je kunt ook in dit groene leefmodel gewoon nog je spullen kopen. Om dat groene ‘use’ bolletje heen zitten allerlei ‘her-momenten’.
^ Het begint bij refuse en rethink. Waarom zou je nieuwe spullen kopen? Denk er nog eens over na. Ik bezig hier in huis de stelling dat ik pas een broek wegdoe als alleen de rits en de knopen nog over zijn. Tikje overdreven, maar het geeft wel mijn intentie weer. Waarom zou je iets weggooien en iets nieuws kopen als het oude nog voor 90% goed is? Waarom zou je allerlei gratis spul aan de kassa en bij de McDonald’s aannemen? Nodig? Leuk? Gisteren nog vriendelijk voor bedankt. Nee, dank u. Ben je je bewust van alle reclamefolders die je huis in komen? Nodig? Misschien wel hoor, geen probleem. Maar als je ze niet nodig hebt, plak dan even een sticker op je brievenbus. Als we dat collectief doen scheelt dat veel inkt, transport, bomen. Reality check: Ik koop echt weinig spullen, maar ik denk nog weinig na over slavenarbeid, indirect steunen van foute regimes. Ik zoek niet bewust naar ‘goede’ merken en koop maar af en toe fairtrade of eco label. Niet dat ik het niet wil, maar het zit nog niet structureel tussen mijn oren. Het is meer een ‘o ja’ als ik er tegenaan loop. En dan pak ik vaak die eco komkommers. Dus rethink kan bij mij nog wat bewuster worden. Ik merk wel dat iets makkelijk blijft als ik eenmaal een paadje gevonden heb. Zo kijk ik bij de groente altijd waar die vandaan komt. Kijk, sinasappels uit Spanje dat snap ik maar boontjes uit Marokko of uit Senegal vind ik echt niet nodig. Die laat ik liggen.
^ Reduce. Minderen. Op z’n tijd een biefstukje, maar over de hele linie matig met (rund)vlees. Kan prima. En waarom zou je iets kopen als je er al genoeg van hebt? Ooit gerealiseerd dat shoppen om het shoppen minder leuke kanten heeft? Tikje beheersen, tikje minderen kan in deze tijd een irritante boodschap zijn. Maar als we daarmee nou eens voorkomen dat er nog irritantere dingen van je worden gevraagd om de wereld leefbaar te houden? Speelt nog iets anders mee en dat is dat onze huidige kabels en leidingen niet bestand zijn op al onze wensen. We lopen ook daarin tegen onze grenzen aan, zelfs als we massaal willen verduurzamen. Overgaan van organisch op stroom is mooi, maar bedenk ook hoe je minder stroom kunt verbruiken. Heb je echt een wasdroger nodig? Kijk je bij het kopen van een koelkast naar het energielabel? Reality check: Vlees vind ik heerlijk en af en toe gaat de BBQ vol op het orgel. De andere kant is dat ik spaarzaam ben met vlees bij het eten. Minder op afstand kopen is nog wel een issue dat ik verbeteren kan. Er komt hier regelmatig een busje voor rijden.
^ Reuse. Gooi goede spullen niet weg, maar geef ze door. Kleine moeite, grote impact. Vroeger had je handje contantje. Een krantje met allerlei advertenties van tweedehands spullen. Leuk om doorheen te bladeren. Opeens kon je veel goedkoper aan je spullen komen. Inmiddels kennen we allemaal Marktplaats en tig sociale media pages per categorie en per plaats en natuurlijk de fysieke tweedehands winkels. Tweedehands is voor de meesten van ons niet schaamtevol meer. Aan de andere kant is alles op reuse niet reëel. Nieuwe spullen blijven nodig. Reality check: denk dat ik een mooie balans heb van nieuw en reuse.
^ Repair en Remanufacture. Ik ben nogal van het repareren. Gelukkig heb ik een flinke garage waar ik al mijn troep in kwijt kan. Af en toe met wat manische trekjes. Als een lamp stukvalt dan haal ik alle schroefjes en moertjes er eerst uit, voordat ik de rest weggooi. Want handig. Bijvoorbeeld om een spatbord van een fiets weer vast te zetten of een hekje of wat dan ook. Ik weet het, velen kunnen niet wennen aan zo’n leven. Gooi toch weg man. Wat moet je met al die troep. Maar ik voel me er gelukkig bij, ook al heb ik de oorlog niet meegemaakt. Als een fiets dan weer een paar jaar meegaat dan geeft me dat voldoening. En als ik dan uiteindelijk een nieuwe fiets koop dan kan ik er ook echt van genieten omdat het een flinke stap voorwaarts is. Reality check: wat ik kan repareren repareer ik. Dus goed bezig denk ik.
^ Recycle. Opnieuw in de cyclus brengen. Grondstoffen hergebruiken. Dat doen we hier weinig. Hooguit met compost uit het compostvat. Ik zie recycle vooral iets als een mooie uitdaging voor de industrie. En zodra er een vraag is kunnen wij als consument die grondstoffen zo scheiden dat de industrie er iets mee kan. Ik hoop dat onze elektrische auto’s, zonnepanelen en windmolens geheel volledig opnieuw gebruikt kunnen worden. Het zal een race tegen de klok zijn, maar het idee van een berg afval van duurzame producten vind ik echt een kwelling. Niet te doen. Reality check: voor zover voor mij als consument mogelijk werk ik goed mee aan recycle. Gescheiden afvalstromen, compost, tuin water geven uit vijf regentonnen.
^ Recover. Terugwinnen. Als je dan toch spullen koopt, win dan energie terug uit materialen. Ik vind het fijn om 15 zonnepanelen te hebben die ons voorzien van stroom. Hopelijk gaan ze vele jaren mee en hopelijk kunnen ze daarna gerecycled worden. Leuk ook dat er allerlei onderzoeken zijn om uit menselijke afvalstoffen biogas te ontwikkelen. Om maar iets te noemen. Reality check: naast de 15 zonnepanelen kan ik weinig bedenken. Ik merk wel dat ik de stroom graag ‘op wil maken’ die we hier opwekken. Omdat de financiële vergoeding voor terug levering erg laag is. Blijkbaar vind ik het financiële motief belangrijker dan mijn stroom-bijdrage aan het net. Daar kan ik nog wat ruimhartiger in worden.
Ik heb je hierboven meegenomen door het model van de R-ladder model van PBL en heb mijzelf een spiegel voorgehouden. Maar het is te doen. Ietsje bewuster leven, hier en daar iets minderen of veranderen. Dan zou al enorm schelen. En het is nog leuk ook. En tot slot wil ik je nog iets anders voorhouden en dat is het volgende:
^Recreatie. Recreatie betekent letterlijk: opnieuw scheppen. Al de bovengenoemde woorden uit de R-ladder gaan uit van degeneratie, teruggang en verval. We proberen met elkaar op te boksen tegen dat verval en het zoveel mogelijk te remmen. Maar het verval zit overduidelijk in alles wat we maken. Alles wat we maken slijt, gaat kapot, valt uit kaar. Bij een knal van een rotje zie je dat versneld: mooi stukje produkt > boem > overal onbruikbare rommel. We zijn er aan gewend geraakt dat we hard moeten werken om die neergang tegen te gaan. Tegelijkertijd zien we om ons heen in de natuur voortdurend voorbeelden van recreatie. Een pruimpit in de grond levert een pruimenboom op waar elk jaar honderden pruimen aan groeien. Een aardappel levert tot tien nieuwe aardappelen op. Heb je daar wel eens over nagedacht? Zo gewoon en tegelijkertijd zo bijzonder. Daarin kun je met mij de hand zien van de Schepper. God die aarde en hemel maakte en de pruimen en aardappelen. Maar ook de God die alles wat hij gemaakt heeft onderhoudt en recycled. Uhm, pardon. Multi-cycled. We kunnen nog veel van Hem leren.