Barnabas was een fijne vent. Dat merk je aan alles. Hij was een Leviet uit Cyprus en eigenlijk heette hij Josef. Maar de apostelen gaven hem de bijnaam ‘Barnabas’ en dat betekent ‘zoon van de vertroosting’. Wel grappig dat hij daarna altijd met ‘Barnabas’ wordt aangeduid. In welke geschiedschrijving maak je dat mee dat iemand voortdurend met zijn bijnaam genoemd wordt? Je zult maar ‘gekke henkie’ genoemd worden in het dorp.;) Maar bij Barnabas pastte zijn bijnaam hem als een mooi kleed. Net als bij Simon die door Jezus de bijnaam ‘Petrus’, dus ‘rots’ kreeg. Barnabas was er bij toen de eerste gemeente ontstond. Hij bezat een akker die hij verkocht. Het geld bracht hij aan de apostelen. Daarmee liet hij zien dat hij volledig voor Jezus wilde gaan en samen met de andere christenen bereid was alles er voor op te geven.
De Heer zag het hart van Barnabas aan en ging hem vervolgens op een geweldige manier gebruiken. Na de dood van Stefanus werden de christenen onderdrukt en met name door een gozer, ene Saulus, die een soort vrijbrief van de Joodse kerkleiders had gekregen. Pak ze maar op en smijd ze maar in de gevangenis. Dat hoefde je maar één keertje te zeggen tegen de fanatieke Saulus. Hij was onderweg naar Damascus om de christenen daar uit te roeien. Maar onderweg naar Damascus kreeg Saulus een ontmoeting met Jezus, waarna hij zijn leven totaal omkeerde en een volgeling van Jezus werd. Vervolgens had Saulus een probleem want hij wilde zich aansluiten bij de christelijke kerk die hij zo vervolgd had. Ja nu poeslief doen he. Dikke neus, die wil natuurlijk infiltreren om te kijken wie er allemaal bij horen en dan in één keer hatseflats allemaal de bak in. Maar Barnabas ging daar niet in mee. Barnabas ontfermde zich over Saulus, nam hem mee naar de apostelen en wist de christenen in Jeruzalem te overtuigen dat het verhaal van Saulus echt klopte en dat Saulus er nu ook bij hoorde. Barnabas was een man van vertroosting. Maar blijkbaar ook van moed, geestelijk inzicht en overtuigingskracht. Saulus wordt geaccepteerd en gaat samen met de apostelen de straat op om Jezus groot te maken.
De verstrooiing die Saulus in gang gezet had, had tot gevolg dat de christenen naar allerlei gebieden trokken waar ze zich veilig wisten. Onder andere naar Antiochie, helemaal in het Noorden. Laat daar nou een flinke opwekking plaatsvinden door de inzet van christenen uit Cyprus en Cyrene (je weet wel van Simon van Cyrene, de kruisdrager). De apostelen willen daar natuurlijk meer van weten en ze sturen Barnabas er op af. Niet zo onlogisch omdat Barnabas veel goodwill had gekweekt bij de gemeente in Jeruzalem en bovendien zelf ook uit Cyprus kwam. Dus hij was bij uitstek de man om de jonge gemeente in Antiochie te gaan coachen. Wat er dan in Handelingen 11 staat is te mooi om niet te citeren: ‘Toen hij daar was aangekomen en zag wat God in zijn goedgunstigheid had bewerkt, verheugde hij zich en spoorde hij iedereen aan om standvastig te zijn en trouw te blijven aan de Heer. Hij was een voortreffelijk en diepgelovig man, die vervuld was van de Heilige Geest. Een groot aantal mensen werd voor de Heer gewonnen’. Wow, wat een geweldige vent en wat een geweldig werk van de Heer!
Nog een klein detail waar je zomaar overheen leest. De christelijke kerk verkondigde het evangelie in Antiochie uitsluitend onder de joden. Maar door de actie van de mensen uit Cyprus en Cyrene kwam er juist een enorme opwekking onder de niet-joden. Dat Barnabas er op af gestuurd werd vanuit Jeruzalem is dus heel begrijpelijk. Niet alleen vanwege de opwekking maar ook omdat de leiders daar wilden weten wat er gebeurde. Dat herkennen we vandaag toch ook, dat een kerkgenootschap precies op de hoogte wil zijn van opmerkelijke bewegingen. Want iedereen moet wel binnen de lijntje van het kerkverband blijven kleuren natuurlijk. Het mooie is dat Barnabas zag. Hij zag welk geweldig werk God daar aan het doen was. Hij was vervuld van de Heilige Geest en dat gaf hem een uitstekend geestelijk onderscheidingsvermogen. In Jeruzalem wist hij daardoor dat Paulus de waarheid sprak. En in Antiochie wist hij dat dit het werk van de Geest was, hoe anders ook dan hij gewend was.
Op gegeven moment denkt Barnabas ‘ik heb Saulus eigenlijk nodig, ik kan het hier niet alleen af en hier kan hij een uitstekend werk doen’. Saulus was namelijk gevlucht voor de Grieks sprekende Joden in Jeruzalem die hem wilden afmaken omdat hij overgelopen was naar het kamp van Jezus. En waar was hij veiliger dan in zijn geboortedorp Tarsus in Turkije? Nou is Antiochie al een heel eind op weg naar Tarsus. Gewoon de zee volgen, even het bochtje om en na 200 km lopen ben je er al. Dus Barnabas gaat naar Saulus, vindt hem (in die tijd had je nog geen postcodes of mobieltjes, dus ‘en vond hem’ is niet geheel overbodige zin) en neemt hem mee naar Antiochie. Waarna Saulus weer helemaal in zijn element is als apostel van Jezus. Ze vormen een sterk team daar in Antiochie. Naast Barnabas en Saulus zijn dat Lucius uit Cyprus, Manaen die nog met Herodes in de zandbak gespeeld heeft en Simeon (bijnaam: de neger). Ook Saulus krijgt een bijnaam: Paulus. Dat betekent ‘de kleine, de geringe’. Later zal Paulus zeggen ‘ik de Paulus, de onaanzienlijkste onder de apostelen’. Vandaar ook Paulus de boskabouter by the way. Paulus schaamt zich rot dat hij Jezus eerst vervolgd heeft.
Barnabas en Paulus blijken goede maten. Ze gaan op gegeven moment met de collecte opbrengsten terug naar Jeruzalem. Voor Paulus vast een hele stap omdat ze hem in Jeruzalem wilden vermoorden. Maar hij gaat mee. Als ze daar in Jeruzalem zitten te bidden en te vasten over Gods verdere plan met hun leven dan krijgen ze een woord van de Heer. De Heilige Geest zegt de apostelen dat ze Barnabas en Paulus beschikbaar moeten stellen voor een reis naar oa Cyprus. Nou ja, als de Heilige Geest je rechtstreeks naar je geboorte-eiland stuurt dan is er wel wat aan de hand, nietwaar! Nou, dat blijkt wel. De baas van het eiland, Sergius Paulus, heeft magier Barjesus in dienst. De Heilige Geest heeft twee plannen. 1. De magier onschadelijk maken. 2. De eilandbaas voor Jezus winnen. Beide doelen worden bereikt en Barnabas zal vast met een fantastisch gevoel zijn eiland verlaten hebben. Cyprus voor de Heer!!
Vervolgens begint het getouwtrek. In Antiochie zijn de mensen blij dat ze bij Jezus mogen horen, maar de joden vinden het maar niks dat niet-joden ook mogen delen in het evangelie en dat de boodschap van Jezus sterker blijkt dan hun boodschap. En dus zoeken ze wat Gooise Vrouwen op en wat plaatselijke leiders die hen uit het gebied zetten. Paulus en Barnabas willen niks meer met deze lui te maken hebben, schudden het stof van hun voeten en gaan door naar Ikonium terwijl de mensen die Jezus aangenomen hebben heppie kleppie achterblijven. Yes! In Ikonium gaan ze een paar keer in de synagoge voor. Maar ja, ook daar willen de joden er niks van weten. Ook daar verdeeldheid onder de mensen en ze willen Paulus en Barnabas stenigen. Hoppatee, door naar Lystra. Daar genezen ze een verlamde man, waarop de mensen denken dat Barnabas Zeus is en Paulus Hermes. Ze worden bijna als goden vereerd, maar mensen uit Antiochie en Ikonium komen even vertellen wie deze mensen echt zijn. Paulus wordt gestenigd, maar toen de leerlingen van Jezus om hem heen kwamen staan stond Paulus op. Effe bijkomen en de volgende dag door naar Derbe. Gelukkig daar geen problemen. En guess what? Paulus en Barnabas gaan daarna nog even terug naar Lystra en Ikonium om de christenen te bemoedigen. Wow, wat een drive. Ik weet niet of ik dat gedurfd had…
Uiteindelijk komen ze terug op hun honk in Jeruzalem. Zo veel meegemaakt, zo veel gestreden en geleden voor Jezus. Je zou zeggen dat ze een warm bad krijgen bij hun terugkomst. Slingers en vlaggen uit! Maar ze belanden meteen in een typische interne kerkelijke discussie over of mensen van buitenaf zich moeten laten besnijden enzo. Heel herkenbaar. Heb je de hele wereld over gereisd om Jezus groot te maken, kom je thuis en gaat het over de kleuren bekers die bij het avondmaal gebruikt moeten worden. Pfff. Paulus en Barnabas hebben net gezien dat allerlei mensen tot geloof kwamen en dat de Heilige Geest het werk rijk gezegend heeft. Hou toch op over die besnijdenis! Gelukkig staat Petrus op, die groot gezag heeft onder de apostelen en (gelukkig) zelf van God gehoord heeft dat heidenen er nu ook volwaardig bij horen. En daarna sluit Jakobus, de broer van Jezus, zich er gelukkig ook bij aan. Ze besluiten met z’n allen om de gemeente in Antiochie te instrueren en twee mensen met Paulus en Barnabas mee te sturen naar Antiochie. Beetje vreemd zou je zeggen. Het lijkt alsof Barnabas en Paulus het allemaal onzin vinden, dat bericht aan Antiochie. Waarom zouden er anders twee broeders met hen meegaan om de boodschap over te brengen. Ze hebben toch allang bewezen hun mannetje te staan?? Ach, het blijven mensen.
Paulus en Barnabas blijven een tijdje in Antiochie, maar Paulus verlangt er naar de vrienden van de eerste reis weer te ontmoeten. Barnabas en Paulus blijken toch niet helemaal op één lijn. Soms vindt Paulus dat Barnabas zich te veel laat meeslepen door de joden. Maar goed, wat wil je ook als zoon van de vertroosting… Barnabas wil nu graag Johannes Marcus meenemen maar Paulus vindt dat geen goede zet omdat Johannes Marcus hem eerder op een lelijke manier in de steek heeft gelaten. Barnabas houdt voet bij stuk en uiteindelijk gaat Paulus in z’n eentje op reis en gaat Barnabas met Johannes Marcus naar zijn geboorte eiland Cyprus. En daar heeft deze prachtige vent vast nog een gave tijd gehad.
Lessons learned: 1. Bidden en Vasten opent geestelijke deuren. 2. De Heilige Geest kan je nodig hebben voor een klus. Wees bereid! 3. Magiers en volksleiders zijn ook maar gewoon mensen die God nodig hebben. 4. Bijnamen zijn heel Bijbels. 5. Opjagen en verdrukken van christenen kan de kerk enorm laten groeien. 6. God kan iedereen gebruiken in zijn dienst. Sterker nog, zijn grootste tegenspelers zijn interessant voor hem als potentieel evangelist. 7. Blijf niet aanmodderen in je eentje, maar zoek geschikte hulp. 8. Soms kan het nodig zijn als je net even andere lijnen kiest dan waar de kerk aan gewend is, omdat de Heilige Geest je dat ingeeft.