Er is steeds meer vraag naar de Niet Reanimeer Penning. Het aluminium halsplaatje wordt uitgegeven door de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE, vroeger namelijk ‘Euthanasie’ in plaats van ‘Levenseinde’) en kost 37,50 euro. Op de voorkant een groot ‘reanimeer mij niet’ – ik mijmer over de associatie met ‘vergeet mij niet’ – met naam en handtekening. Op de achterkant ‘Ik verbied iedereen, onder alle omstandigheden elke vorm van reanimatie op mij toe te passen’. in 2007 werd het geïntroduceerd en inmiddels ligt het aantal aanvragen jaarlijks op ruim 5.000. En dat kan nog meer worden als het plaatje wordt losgekoppeld van de NVVE. Niet iedereen wil zich linken aan een vereniging die euthanasie promoot. De Nederlandse Patienten Vereniging (NPV), een christelijke vereniging die zich hard maakt voor het leven, bepleit een neutrale overheidspenning en de NVVE vindt dat prima. Als de penning er maar komt. En bovendien leggen ze 42,50 euro bij voor elke geslagen penning. Dus..
De Niet Reanimeer Penning ligt precies in het niemandsland tussen de NVVE die ‘vecht voor het recht op de dood’ en de NPV die ‘vecht voor het recht op het leven’. Reanimeren heeft te maken met keuze voor dood en met leven. En dus is het logisch dat beide verenigingen iets vinden van deze penning. De NVVE wil mensen bewust maken van het recht dat ze hebben. De NPV staat niet afwijzend tegenover de penning omdat mensen met de penning in bepaalde gezondheidssituaties de grens kunnen aangeven: als mij nu iets overkomt dan hoeft er niet meer gereanimeerd worden.
Maar waar praten we precies over? In een Zweeds onderzoek uit 2005 werd bij 29.700 reanimatie patiënten gekeken hoeveel er een maand na de revalidatie nog in leven waren. Van de niet door omstanders gereanimeerden was dit was 2,2%. Als door niet-professionals werd gereanimeerd overleefde 4,9%, terwijl het percentage opliep tot 9,2% als reanimatie werd geboden door (toevallig) als omstander aanwezige professionele hulpverleners. Volgens dit onderzoek loopt een aanzienlijk deel van de mensen die met succes wordt gereanimeerd aanmerkelijke neurologische schade op.
Het is dus maar zeer de vraag of reanimatie slaagt en zo ja, of je er heelhuids uit komt. Bij gezonde jonge mensen die nog een heel leven voor zich hebben is het voor de hand liggend dat er gereanimeerd wordt. Zodat ze door kunnen leven. Maar met het toenemen van de jaren en/of de gezondheidsproblemen komt de vraag steeds meer op: wat gaan we doen als me nu iets zou overkomen? Levensovertuiging zal bij die afweging een rol spelen. Een christen zal naar mijn verwachting doorgaans wat terughoudender zijn dan een niet-christen. Maar met het toenemen van de medische mogelijkheden is ook bij christenen steeds meer de overtuiging merkbaar dat ‘een mens mag sterven’. Daarmee wordt dan geen pleidooi voor actieve euthanasie bedoeld, maar meer het afzien van nieuwe medische ingrepen.
Zie ik mezelf al lopen met zo’n plaatje om de nek? Nou, eigenlijk niet nee. Het staat me tegen om op die manier met de dood om de nek te lopen. Reclame van Monuta moet ik ook niet. En dat gele orgaandonorpapiertje zit – geloof ik – ergens diep in mijn portemonnee weggeborgen. En ik ben niet de enige hoor. In verpleeghuizen is de vraag wat te doen met al die mensen. Allemaal een penning om? Of alleen de mensen een penning om die WEL gereanimeerd willen worden? De penning duidelijk zichtbaar op de kleding om tijd te winnen? Of onder de kleding weggestopt met een beroep op de menswaardigheid? Het zijn vragen met grote gevoeligheidswaarde die je met grote zorgvuldigheid met cliënt, familie en cliëntenraad moet bespreken. Je wilt als verpleeghuis tenslotte niet de minste indruk wekken dat je zo snel mogelijk van de mensen af wilt en evenmin dat je uit financiele overwegingen het leven van de bewoners zo lang mogelijk wilt rekken. Evenmin wil je dat door onduidelijkheid over het beleid mensen gereanimeerd worden die dat eigenlijk niet wilden. Of andersom: mensen niet reanimeren die dat eigenlijk wel hadden gewild.
Kortom: Reanimeren ligt gevoelig. Goed dat veel mensen kunnen reanimeren. Goed dat er aandacht voor is voor de penning. Maar ik bedank op dit moment nog even als penningmeester.