In het rijtje ‘wat mag je verlangen van iemand met een uitkering’ is een nieuwe variant opgedoken. Is het redelijk van bijstandsgerechtigden te vragen dat ze eerst hun (aanvullend) pensioen opeten en daarna pas bijstand aanvragen? Staatssecretaris van Sociale Zaken Jetta Klijnsma is nog niet zo enthousiast over dit plan van de gemeente Enschede.
De tijd dat er geen of nauwelijks eisen werden gesteld aan uitkeringsgerechtigden is voorbij. Van ouderen die in een instelling wonen wordt een forse eigen bijdrage verlangd. Werklozen zijn verplicht elke week minstens één sollicitatie te verrichten. Werkgevers kijken kritischer welke werkzaamheden nog wel kunnen verricht bij ziekte van een werknemer. Maar de voornaamste (na)druk ligt toch wel op de bijstandsgerechtigden.
Per 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. Dat is een wet die regelt dat de gemeente vanaf die datum verantwoordelijk is voor mensen met arbeidsvermogen die ondersteuning nodig hebben. Voor die mensen zijn nu nog de Wet Werk en Bijstand (WWB), de WSW (Wet Sociale Werkvoorziening) en de Wajong (Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten) van toepassing. De Participatiewet is inmiddels goedgekeurd door 1e en 2e Kamer, dus die komt er aan. O ja, en het is meteen ook een bezuinigingsslag. Het Rijk betaalt nu 11 miljard aan deze mensen uit. Zonder overdracht was dat bedrag gestegen tot over de 13 miljard. Het Rijk legt met de Participatiewet de uitdaging bij de gemeenten neer om deze stijging te voorkomen. De gemeente gaat dat doen door te kijken in hoeverre al deze mensen nog voor werk in aanmerking komen. Want wat werkgevers betalen hoeven de gemeenten niet meer te betalen. Maar of ze daarmee de begroting sluitend krijgen? Logisch dus dat gemeente Enschede naar creatieve alternatieven kijkt.
De nadruk ligt daarbij op ‘wat kunnen ze (nog) wel, in plaats van ‘wat kunnen ze niet (meer)’. Op zich een goede zaak. Het voorkomt dat mensen achter de geraniums verdwijnen. En het lijkt me heel aannemelijk dat een flink aantal bijstandsgerechtigden een (deeltijd)baan zal kunnen oppakken, waarbij werkgevers met (tijdelijke) subsidies geprikkeld kunnen worden om juist deze mensen een kans te geven. By the way, ze hadden in dit proces de Sociale Werkvoorziening in tact moeten laten. Ik verwacht eigenlijk dat de gemeente via de achterdeur een variant op deze werkvoorziening gaat optuigen omdat deze werkvoorziening naar mijn – beperkte – inzicht veel goeds in zich heeft: structuur, haalbaarheid, waardering, maatschappelijk nut, sociale contacten.
Dan nu de vraag waar het om gaat in deze column: mag je van bijstandsgerechtigden verlangen dat ze eerst het door hen zelf opgebouwde pensioen opeten voordat ze hun bijstandsuitkering ontvangen? Mijn eerste reactie zou zijn: ‘waarom niet’? Bijstandsgerechtigden die pensioengerechtigd worden gaan er doorgaans op dat moment qua uitkering iets op vooruit. Toch heb ik ook zo mijn aarzelingen:
In de eerste plaats lijkt het mij ongelukkig om deze maatregel op dit moment in te voeren. Een cumulatie van regelingen is over het algemeen niet zo slim. Het geeft veel psychologische druk. Als bijstandsgerechtigden zich per 2015 moeten richten op de arbeidsmarkt en stuk voor stuk door een moeizaam getouwtrek zullen moeten met de gemeente dan is het niet bepaald motiverend als de hoop op betere tijden na pensionering hen op hetzelfde moment wordt ontnomen.
In de tweede plaats lijkt het me niet goed om het aanvullend pensioen zonder meer in mindering te brengen. Het lijkt me billijk om het aanvullende pensioen te zien als (toekomstig) vermogen. Bijstandsgerechtigden hebben recht op een vrij te laten vermogen van zo’n 12.000 euro. Huizenbezitters onder hen hebben recht op een extra vrijlating van maximaal zo’n 50.000 euro. Als het aanvullende pensioen naar voren zou worden gehaald om de bijstandsuitkering te korten dan moet daarbij mijns inziens rekening gehouden worden met deze vermogenstoets.
In de derde plaats betekent dit dat bijstandsgerechtigden ‘nieuwe stijl’, dus de mensen die vanaf 2015 aan de slag gaan bij een werkgever, niet aan pensioenopbouw kunnen doen. Alles wat ze opbouwen wordt namelijk meteen weer in mindering gebracht op hun uitkering. Niet bepaald motiverend. Of is het nou juist die ultieme prikkel om zo snel mogelijk uit de bijstand te raken?
In de vierde plaats zet dit de deur op een kier. Als dit voor bijstandsgerechtigden gaat gelden, waarom dan niet voor andere uitkeringsgerechtigden? Ik doel dan niet primair op hen die een uitkering uit werknemersverzekering krijgen (zoals WW, WIA en in mindere mate WAO en ZW), maar de A-tjes (zoals AOW, Anw, AWBZ, AKW). Dus de mensen die een uitkering uit volksverzekeringen krijgen. Het verschil tussen sociale voorzieningen en volksverzekeringen is gradueel nu premieheffing voor AOW, Anw en AWBZ geïntegreerd is met de heffing inkomstenbelasting en AKW goed beschouwd al als sociale voorziening wordt gezien. Als mijn redenatie klopt dan kan dit punt nog wel eens de belangrijkste aarzeling zijn. Immers, aanvullende pensioenopbouw wordt niet echt gestimuleerd als de AOW-uitkering daarmee evenredig wordt verminderd.