Mark Rutte zit nu al 4 jaar in het zadel. En dat intrigeert me. Dat had ik niet verwacht van mijn leeftijdsgenoot. In deze column probeer ik daar wat woorden aan te geven. Hij blijft voor mij een raadsel.

* Jongetje & Charisma. Rutte heeft iets van een jongetje dat in de grotemensenwereld speelt. Bevangen door een wat naïef aandoende blijdschap. Gewoon tevreden en blij huppelend omdat hij nou eenmaal tevreden en blij huppelt. Hoe kan het in vredesnaam dat uitgerekend dit jongetje onze minister-president is? Rutte heeft absoluut niet het charisma van de grote premiers die Nederland gekend heeft zoals van Agt, Kok, (wanabe Wiegel), den Uijl en Lubbers om er maar eens een paar te noemen. Hij zit meer in het rijtje – nou ja, rijtje – Balkenende. Wat beweegt partijen om zulke premiers naar voren te schuiven? Is het omdat we geen ‘vadertje staat’ meer dulden, dat het ‘doe maar gewoon’ ook de top van de Nederlandse politiek heeft bereikt? Of is Mark Rutte de ultieme marionet van grotere krachten?

* Plooibaar & Verraderlijk. Mark Rutte is heel plooibaar. Rechts voor de rechtsen. Links voor de linksen. Wat is zijn identiteit? En hoe plooibaar is hij? In 2006 presenteerde hij zijn 9 prioriteiten, waaronder ‘pokon voor de economie; meer banen, meer welvaart’ (rechts) en bestrijding van armoede (links). Maar het aardige – en voor linkse partijen verraderlijk – is dat Mark Rutte linkse thema’s op een rechtse manier inhoud geeft. Bestrijding van armoede betekent voor hem: geen bijstand voor mensen onder de 27; werklozen inzetten in verpleeghuizen en op scholen; hulp en aandacht voor werkloze allochtonen en analfabete autochtonen. Mark Rutte heeft altijd wel een woord van bemoediging voor de zwakken. Zolang ze hun eigen broek op kunnen houden. Niet de harde woorden van Rita Verdonk. Maar ook als het gaat om het gelovige deel van Nederland kan hij prima meeveren en het ‘ik ben één van jullie’ overbrengen. Hij zei in 2008: ‘Het geloof is onderdeel van mijn identiteit, zit in mijn opvoeding, in de traditie die ik waardeer’. Om vervolgens direct er achteraan te zeggen dat het geloof achter de voordeur thuis hoort. Kortom: Mark Rutte is er voor iedereen en heeft met iedereen veel gemeenschappelijk. Althans, dat wil hij overbrengen. De pianist. De man van verbindingen en toch een beetje op afstand.

* Taaltje. Rutte beheerst als geen ander het politieke taaltje. De wereld van meevallers, begrotingen en cijfers. Van ‘durf ik aan’ en ‘laat ik zeggen’. Hij weet wanneer hij de PvdA moet prijzen – zoals op dit moment nu de PvdA het wat lastig heeft in de peilingen. Want voor Mark Rutte is de PvdA de ideale partner. Ze zijn links, maar je merkt er haast niks van en ze leveren deskundige mensen zoals Timmermans en Dijsselbloem. Maar als D66 omhoog schiet bij de Provinciale Statenverkiezingen in maart 2015 dan kan het zomaar zijn dat het taaltje omslaat en de PvdA nergens meer voor deugt. En let eens op de woorden die politici gebruiken bij een verkiezingsuitslag. Dat is bij uitstek het moment van het politieke taaltje.

* Zelfbeheersing & Onkreukbaarheid. Rutte is onkreukbaar. Daarin haalt hij zelfs Balkenende nog rechts in. Tot een ‘u lacht zo lief‘ zal Mark Rutte zich niet laten verleiden. Hij beheerst zichzelf. Zit altijd strak in het pak. Strak in de glimlach. Een onbesproken verleden. Hij deed gymnasium en deed ongeveer samen met Koning Willem Alexander een geschiedenisstudie in Leiden. Daarna wat onkreukbaar HRM-werk bij het even onkreukbare Unilever voordat hij de politiek in ging. Als politicus was hij altijd onkreukbaar. Toen men vond dat hij niet én staatssecretaris én lijsttrekker voor de VVD kon zijn nam hij ontslag als staatssecretaris. Dat typeert de braafheid van Mark Rutte. Eén keer was er een oprisping en dat was toen Rita Verdonk meer stemmen kreeg dan Mark Rutte. Een jaar later zette Mark Rutte Rita Verdonk uit de partij. En zelfs bij zo’n eruptie kan ik me voorstellen dat Mark Rutte het met name deed omdat iedereen het van hem verwachtte. Uit zichzelf had hij het niet gedaan.

* Partijman. Mark Rutte heeft trouw gezworen aan de VVD. Dat is zijn hele leven al te zien. Dat behoedt hem ook voor al te veel populisme. Hij heeft een enorme waslijst aan functies binnen de VVD gehad. Voorzitter JOVD, lid hoofdbestuur VVD, lid Tweede Kamer, staatssecretaris OCW, staatssecretaris SZW, politiek leider, lijsttrekker, fractievoorzitter en dan nu minister-president. Rond het conflict met Rita Verdonk toonde hij zijn passie voor de partij toen hij zei: ‘wie zichzelf niet kan wegcijferen voor de liberale visie, die hoepelt maar op’. En Rita Verdonk vond omgekeerd ook wat van Mark Rutte en de partijlijn die hij voorstond: ‘Hij is een fatsoenlijke VVD’er, maar niet echt rechts. Dat kan ik er niet van maken’. En tja, als echte liberaal moet je natuurlijk alles kunnen zeggen. Zelfs super VVD partijman Hans Wiegel himself benadrukte dat nog eens even fijntjes.

Mark Rutte blijft voor mij een raadsel. Toch geef ik hem graag het voordeel van de twijfel. Hem heb ik liever dan Diederik Samson of Alexander Pechtold. Samson is me net even iets te glad geworden. Hij heeft iets moois verloren sinds hij in the picture is. En bij Pechtold zijn mijn christelijke normen en waarden niet veilig. Laat staan bij Geert Wilders. Als VVD-er siert het Mark Rutte dat hij niet het dedain van Frits Bolkestein,  Nelie Smit (-Kroes denk ik dan altijd nog) en Hans Wiegel heeft. Niet het morsige van Hans Dijkstal. En evenmin de hardheid van Rita Verdonk. Eigenlijk ben ik best een beetje trots op Mark Rutte.

Mark Rutte